Hielspoor

Hielspoor is een veelvoorkomende aandoening waarbij zich een benige uitgroei (spoor) vormt aan de onderkant van het hielbeen. Dit kan leiden tot pijn en ongemak, vooral tijdens het lopen of staan. Hielspoor ontstaat meestal door herhaalde overbelasting van de voet, wat vaak gepaard gaat met een ontsteking van de peesplaat (fascia plantaris) onder de voet, ook bekend als fasciitis plantaris.

De meest voorkomende symptomen van hielspoor zijn scherpe pijn in de hiel, vooral bij het nemen van de eerste stappen in de ochtend of na een periode van rust. De pijn kan na verloop van tijd afnemen, maar keert vaak terug na lange periodes van staan of lopen. Sommige mensen ervaren ook stijfheid in de voet, en in ernstige gevallen kan er sprake zijn van aanhoudende pijn die niet afneemt.

Hielspoor wordt meestal veroorzaakt door overbelasting van de voet, zoals bij hardlopen, springen, of langdurig staan. Andere oorzaken zijn slechte voetpositie, zoals platvoeten of een te hoge voetboog, wat extra druk op de hiel kan uitoefenen. Overgewicht en het dragen van slecht passend of onvoldoende ondersteunend schoeisel kunnen het risico op het ontwikkelen van een hielspoor vergroten. Hielspoor is vaak een gevolg van fasciitis plantaris, waarbij de ontsteking van de peesplaat bijdraagt aan de vorming van het botspoor.

Bepaalde risicogroepen zijn vatbaarder voor het ontwikkelen van hielspoor. Dit zijn onder andere sporters, vooral hardlopers en atleten die veel springen, en mensen met overgewicht, die extra druk op hun voeten uitoefenen. Ook mensen met platvoeten of andere voetafwijkingen lopen een verhoogd risico, evenals personen die veel tijd doorbrengen op harde oppervlakken zonder adequate voetondersteuning.

Het herkennen van de symptomen van hielspoor is belangrijk om de juiste behandeling te starten en verdere complicaties te voorkomen. Behandelingen kunnen variëren van rust en ijsapplicatie tot fysiotherapie, het dragen van steunzolen of goed ondersteunende schoenen, en rekoefeningen om de peesplaat te ontlasten. In sommige gevallen kunnen injecties of zelfs chirurgie nodig zijn als de pijn aanhoudt of verergert. Vroege interventie kan helpen om de pijn te verlichten en de mobiliteit te behouden.